Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En hij legde bezettingen in Edom; in gans Edom legde hij bezettingen; en alle Edomieten werden [27]David tot knechten; en de HEERE [28]behoedde David overal, waar hij heentoog. 27. En zijn nakomelingen, tot den tijd van Joram, Josafats zoon. Zie 2 Kon.8:22. 28. Gelijk boven, vs.6.